Vliegveld Ockenburg

Ongeval op mijnenveld

Op woensdag 7 maart 1945 werd door de politie gemeld dat Hendricus van Rijn als gevolg van het ontploffen van een landmijn in het spergbebied aan de Godetiaweg was gedood. De GG&GD was na het incident ter plaatse, maar kon het stoffelijk overschot van Van Rijn niet bereiken. De Feldgendarmerie was in kennis gesteld en zou pas de volgende dag het stoffelijk overschot uit het mijnenveld halen. De familie was ingelicht en de portefeuille werd aan het politiebureau aan de Archimedesstraat afgeleverd. Later die dag om 17:30 werd door de politie in Loosduinen gemeld dat de broeder Brands van de GG&GD een portefeuille met daarin het persoonsbewijs van Van Rijn aan het politiebureau had afgegeven. Ook was volgens de politie deze portefeuille door een onbekend persoon uit de jas van de in het mijnenveld aan de Godetiaweg liggende Hendricus van Rijn gehaald. Op zondag 11 maart 1945 werd om 18:30 door een inspecteur van de politie gemeld dat het stoffelijk overschot uit het spergebied was gehaald. Het stoffelijk overschot van Van Rijn werd naar zijn woning vervoerd. Op deze dag werd ook de doodschouw aangevraagd. De gemeentelijke schouwarts noteerde, na een persoonlijke schouwing, in het schouwrapport een verbrijzeling van de onderbenen als doodsoorzaak. Op 12 maart 1945 werd het verlof tot begraven afgegeven. Hendricus van Rijn was geboren op 26 december 1890 in Nieuwer-Amstel en woonde aan de Kokosnootstraat 70 in Den Haag. Hij was werkzaam als tramconducteur en was getrouwd met Margaretha Vennis.

This site was last modified on 29/03/2024 at 17:28. (c) Vliegveld-Ockenburg 2001-2024