Jendricke, Ernst

Op woensdag 21 augustus 1940 werd rond 06:45 door de strandvonder Den Hollander bij de politie in Noordwijk medegedeeld dat ter hoogte van kilometerpaal 80 op het strand een stoffelijk overschot was aangespoeld. Ter hoogte van deze kilometerpaal 80 werd door een politieagent een in staat van ontbinding verkerend stoffelijk overschot aangetroffen. Het stoffelijk overschot, dat volledig gekleed was, was waarschijnlijk van een Duitse vliegenier. Na de vondst werd, onder toezicht van dezelfde politieagent, het stoffelijk overschot naar de Algemene Begraafplaats in Noordwijk overgebracht. Daarna werd om 10:00 uur in aanwezigheid van de Duitse commandant van de grenspolitie en een politieagent de doodschouw op dit stoffelijk overschot verricht. Het stoffelijk overschot werd gefouilleerd door de heer Vink, waarbij vast kwam te staan dat het stoffelijk overschot was van Ernst Jendricke. Op de op hem aangetroffen herkenningsplaatje waren de nummers "55" en "69040" vermeld. Op donderdag 22 augustus 1940 werd op verzoek van de Duitse commandant rond 07:00 uur door een politieagent het stoffelijk overschot voor transport naar de Algemene Begraafplaats in Den Haag overgegeven aan de firma "Beuk" in Noordwijk.

Erst Jendricke was een bemanningslid van de Heinkel He 111H-2 van 3./KG 53. Het toestel werd in de ochtend van 12 juli 1940 om 09:40 door een Hurricane van het 85 Squadron van de Royal Air Force (RAF), gevlogen door de Pilot Officer John Laurance Bickerdike, neergeschoten. De Heinkel He 111H-2 stortte neer in de Noordzee nabij Margate, Kent. Erst Jendricke werd op vrijdag 23 augustus 1940 op het Ehrenfriedhof begraven.