Vliegveld Ockenburg

1929 - 1939

In de jaren '30 richt de reclamewereld zich steeds meer op de binnenlandse markt, mede gedwongen door de economische crisis. Zo zijn er de slogans "Koop Nederlandsche waar, dan helpen wij elkaar" en "Koop Nederlandsch product". De overheid gaat ook zelf campagnes voeren. Het is de tijd van mascottes en reclamefiguren maar het is ook de tijd van de bioscoopreclame en de luchtreclame. Reclame maken in de lucht was in de jaren '20 en '30 in opkomst gekomen waarbij creativiteit hoog in het vaandel stond maar later meer daarover. Begin 1932 werden plannen gemaakt voor de aanleg van een vliegterrein ten zuidwesten van het sportpark Ockenburg en anders vanaf de zuidzijde van het landgoed Ockenburg tot aan het einde van wat nu de Machiel Vrijenhoeklaan heet. Helaas of misschien wel gelukkig zijn ook deze plannen verder niet gerealiseerd en is het uiteindelijk geëindigd met een militair hulpvliegveld aan de Wijndaelerweg.

Om te begrijpen waar de plannen voor dit vliegterrein hun oorsprong vonden moeten we verder terug in de tijd. Zoals eerder gemeld werkte Albert Plesman, destijds luitenant van de L.V.A., samen met college Hofstee en opperbevelhebber van de land en zeemacht, de generaal C.J. Snijders, een plan uit. Om toestanden te voorkomen zoals in het buitenland was gebeurd, bedachten zij een andere aanpak. Dit resulteerde in de Eerste Luchtverkeer Tentoonstelling Amsterdam (E.L.T.A.). Deze tentoonstelling werd op 1 augustus 1919 geopend door de toenmalig koningin Wilhelmina. Tijdens deze tentoonstelling staan op de wielen van sommige Fokker vliegtuigen "Bakker's Banden" vermeld. Drie jaar later, in de zomer van 1922, werd voor het eerst het lichtschrift vertoond. Uitvinder was de Engelse majoor Jack C. Savage. Zijn oorspronkelijke plan was niet reclame tegen het blauwe hemeldek te schrijven, doch slechts om door middel van een soort rookstreep duidelijk de baan aan te geven die een vliegtuig in de lucht beschrijft, zodat de snelle wendingen die een vliegtuig dan uitvoert of dan uit kan voeren, duidelijk waarneembaar konden worden gedemonstreerd. Z'n eerste openbare reclame tegen het hemeldek schreef hij op 30 mei 1922. Tot verbazing van honderdduizenden toeschouwers schreef hij toen op 5000 meter hoogte met 1,5 kilometer grote letters de naam "Daily Mail", later gevolgd door "Castrol". Door deze weinige letters was het fortuin van de majoor gemaakt en richtte hij de Sky Writing Corporation op. Al gauw volgde de geschreven reclame in Amerika zoals "Hello U.S.A.!" en "Lucky Strike". Andere vormen van luchtreclame waren het uitwerpen van strooibiljetten, aanbrengen van lichtreclame onder de vleugels, beschilderen van vliegtuigen met teksten en logo's en soms werden reclameboodschappen met luidsprekers vanuit vliegtuigen verspreid.

Al in oktober 1925 vliegt een Fokker F-2  van de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij (KLM) met een elektrisch verlichte reclametekst onder de vleugels en in 1929 vliegt de Koolhoven (N.V.I.) F.K.33 ook met lichtreclame. Op dinsdagavond 26 juli 1927 werd Amsterdam verrast met de eerste luchtreclame in ons land. De vlieger Lingham schreef in reusachtige letters het woord "Persil" aan de hemel. Hij deed dit op ongeveer 4000 meter hoogte en vloog met een snelheid van ruim 175 kilometer per uur. De hoofdletters en de 'lange' letters waren 1500 meter lang en andere letters 1000 meter. Het hele woord had een breedte van 7 kilometer en om het te vormen was wel 8000 kubieke meter rook nodig. Op dinsdagmiddag 4 oktober 1927 om 15:45 verscheen boven het Bezuidenhoutkwartier een vliegtuig waaruit een brede, rode streep kwam. De piloot liet zijn toestel zwenken, gaf vol gas en begon daarna voor de verbaasde Hagenaars te 'schrijven'. Binnen een korte tijd stond tegen de blauwe hemel met grote witte letters de naam "Persil". Om 16:15 verscheen hetzelfde vliegtuig boven Rotterdam waar ook het woord "Persil" hoog tegen de hemel verscheen. Ook "Heineken's bier" werd nog wel is als luchtreclame gebruikt. Doordat ook in Nederland de belangstelling was ontstaan voor de luchtreclame, ontstonden in de jaren '30 een aantal luchtreclamebedrijven. Voor één nog officieel op te richten onderneming, namelijk de Eerste Nederlandsche Sport - Luchtreclame Onderneming NV, bleef het alleen bij de plannen met daarin dus de behoefte aan een vliegterrein op Ockenburg

Tevens kwam de ontwikkeling van het zweefvliegen in Nederland in 1929 op gang nadat de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart (KNVvL) de mogelijkheid onderzocht om zweefvliegen te introduceren in Nederland. Op 6 april 1930 werd de eerste testvlucht met een Zögling gemaakt door Jacobus (Co) Elisa Tijen van de Rijksstudiedienst voor de Luchtvaart. De volgende dag, 7 april, werd de Eerste Nederlandse Zweefvliegclub (ENZC) opgericht en andere zweefvliegclubs volgden al snel. Hiervoor werd in heel Nederland naarstig gezocht naar geschikte zweefvliegterreinen, waaronder bij Monster en Ockenburg.

This site was last modified on 25/03/2024 at 10:46. (c) Vliegveld-Ockenburg 2001-2024